Zoveel mogelijk gebruikmaken van herwonnen nutriënten om de bemestingspraktijk duurzamer te maken. Daar draait het om bij het project Kunstmestvrije Achterhoek. Na een succesvolle start in 2018 is het project in 2019 opgeschaald naar 50 deelnemers. Het laatste jaar is er verder gewerkt aan het optimaliseren van het productieproces en de samenstelling van het product: de Groene Weide Meststof (GWM).
Bemesting na de 1e snede
Het optimalisatieproces heeft erin geresulteerd dat er een tweede soort GWM is geproduceerd met een lager zwavelgehalte, die meer geschikt is voor bemesting na de 1e snede. Daarnaast is de stikstof-kaliverhouding aangepast, waardoor de samenstelling beter aansluit bij de behoefte van het gras. Ook is deze samenstelling bij uitstek geschikt voor toedienen in maïsland, als vervanger van de rijenbemesting in mais.
Optimaliseren meststof
De afgelopen periode zijn er stappen gezet om de samenstelling van de Groene Weide Meststof verder te optimaliseren. Door een verdere verbetering van het productieproces is de geur van de GWM sterk afgenomen. De GWM blijft een natuurproduct en is om die reden (nog) niet volledig geurloos. Er wordt continu onderzoek gedaan naar een verdere vermindering van de geurproductie. Een evaluatie onder de afnemers dit voorjaar geeft aan dat deze zeer tevreden zijn. Door de kou heeft het grasland wel een moeizamere start gehad, maar inmiddels staat het gras er prima bij.
Zwavelgehalte bemesting
Een andere belangrijke verbetering betreft het zwavelarm maken van de GWM. Zwavel is alleen nodig voor de 1e snede, en afhankelijk van de mineralisatie ook wellicht voor de 2e snede. Verderop in het seizoen is geen zwavel nodig voor een optimale grasgroei. Om te hoge zwavelgehaltes te voorkomen, kan de GWM met een laag zwavelgehalte worden geleverd. Daarnaast is de stikstof-kaliverhouding aangepast, waardoor de samenstelling nóg beter is afgestemd op de behoefte van de grasplant na de 1e snede.
Maïsland bemesten
Een veldproef op De Marke in 2019 heeft aangetoond dat de Groene Weide Meststof ook een goede werking heeft bij snijmaïs. Voor het op grotere schaal uitrijden van de GWM in maïspercelen is bij Slootsmid Mesttechniek een speciale bemester in de maak. Het betreft een unieke machine waarmee GWM, eventueel aangevuld met borium, kan worden aangewend. Op deze manier wordt er ingespeeld op de nutriëntenbehoefte van de maïsplant op het juiste moment. In de maand mei is er weinig tot geen stikstof nodig, er is vraag naar stikstof op het moment dat de plant begint te groeien. Op deze manier gaat er geen stikstof verloren en wordt de stikstof op het juiste moment aan de plant aangeboden, namelijk als de plant 30 tot 50 cm hoog is (kniehoogte). Door op dat moment ook borium toe te dienen, worden de aangeboden mineralen optimaal benut. De machine is op dit moment in aanbouw en in de loop van mei gereed. Als op deze manier GWM wordt toegepast in de maïsteelt, is er geen rijenbemesting meer nodig bij het zaaien van de maïs.
Efficientere en goedkopere aanwending meststoffen
Een nagenoeg reukloze Groene Weide Meststof die beter aansluit bij de behoefte van zowel de gras- als maïsplant leidt tot een efficiëntere en goedkopere aanwending van meststoffen én tot een gesloten kringloop voor de deelnemende boeren.
Bron: ForFarmers