De subsidie Jonge Landbouwers (de POP3-subsidie JOLA) kan weer vanaf 7 december 2020 tot en met 12 februari 2021 aangevraagd worden. Deze subsidie is speciaal voor agrarische ondernemers die jonger zijn dan 41 jaar en willen investeren in de verduurzaming van het bedrijf die zij hebben overgenomen of zijn gestart.
Hiermee stimuleert de overheid jonge ondernemers om zo dan ook beter in te kunnen spelen op marktontwikkelingen en wensen van de samenleving.
Maximaal €20.000 subsidie
De subsidie is, evenals voorgaande jaren, bedoeld voor jonge landbouwers die op het moment van aanvraag nog geen 41 jaar zijn. Het subsidiebedrag is 30% van de totale kosten van investeringen bij eenmanszaken of ondernemingen met alleen jonge landbouwers. Het maximale subsidiebedrag is € 20.000, de minimale subsidie is € 10.000. Bij samenwerkingsverbanden met niet-jonge landbouwers is het subsidiebedrag dan ook lager. Het subsidiebedrag kan worden vastgesteld op basis van het percentage Eigen Vermogen (EV) van de jonge landbouwers of het aantal niet-jonge landbouwers. Dit gebeurt op dezelfde manier als voorgaande jaren.
Punten op basis van duurzaamheid
De aanvragen worden beoordeeld op basis van duurzaamheid en worden het eerst toegekend aan degenen met de meeste punten. De mate waarin de investering bijdraagt aan de verduurzaming van het milieu, klimaatbestendigheid, dierwelzijn, volks- en diergezondheid, ruimtelijke kwaliteit en biodiversiteit, is daarom erg belangrijk. De hoogte van het bedrag bij toekenning is afhankelijk van het beschikbare budget en het aantal punten. Na ontvangst van de subsidiebeschikking dienen de activiteiten binnen 2 jaar uitgevoerd te worden.
Investeringscategorie | Aantal punten |
Zonnepanelen en zonnecollectoren | 6 |
Windmolen | 4 |
Kleine windturbine | 6 |
Systemen om plaatsspecifiek te kunnen werken in het kader van precisielandbouw | 9 |
Mechanische mestscheidingsinstallatie | 6 |
Machine voor niet kerende grondbewerking en mechanische onkruidbestrijding | 9 |
Machine om een grondbewerking uit te voeren en zaaien en poten/planten tegelijk | 8 |
Voorzieningen voor weidegang en bijbehorende systemen gericht op de monitoring van diergerelateerde zaken | 7 |
Koematras, waterbed | 8 |
Varkensvriendelijke vloeren | 8 |
Open watervoorzieningen voor pluimvee, incl. aanleg waterleidingen | 6 |
Energiebesparende maatregelen met behulp van systemen die warmte of koelte hergebruiken om te verwarmen of te koelen | 7 |
Pad cooling in stallen voor veehouderij | 8 |
Waterbeheervoorzieningen ter verlaging van risico’s van verontreiniging door erfafspoeling | 6 |
Emissiearme vloeren voor melkveehouderij en vleeskalverhouderij | 6 |
Fijnstof reducerende maatregelen pluimveestallen | 8 |
Geautomatiseerd systeem voor afvoer van bovenmatig strooisel van de vloeren van pluimveestallen | 6 |
Luchtwassystemen in de veehouderij | 5 |
Omgekeerde osmose van spuiwater uit biologische luchtwasser | 6 |
Biobed of biofilter | 5 |
Potafdekinstallatie voor de boom-, vaste planten- of sierteelt | 5 |
Elektrische machines, gericht op het uitoefenen van landbouwgerichte activiteiten | 7 |
Automatisch ruwvoermengsysteem voor herkauwers | 7 |
Technieken om bodemverdichting tegen te gaan | 8 |
Systemen om productierisico’s te verkleinen (fruitteelt en glastuinbouw) | 6 |
Emissiearme stalsystemen voor de varkenshouderij | 9 |
Duurzame opslag/bewaartechnieken en koeling | 8 |
Verwerking en opslag enkelvoudige grondstoffen | 7 |
Verschillen tussen provincies
De subsidieregeling maakt onderdeel uit van het Plattelandsontwikkelingsprogramma en wordt uitgevoerd door de provincies. De investeringslijst en voorwaarden kunnen daarom per provincie verschillen.
Bron: DLV Advies