ISOBUS 11783. Dat is de naam van de elektronische taal die fabrikanten begin deze eeuw met elkaar afspraken om hun machines en trekkers met elkaar te laten communiceren. Het maakte een eind aan de brij aan bedieningskasten die iedere machinebouwer zelf bij een werktuig leverde. Door de grote verscheidenheid was er bij het wisselen van werktuig een extra handeling nodig; de bedieningskast omruilen.
Canbus
Isobus wordt gesproken op een netwerk van computers en sensoren op trekker en werktuig. Het netwerk heet canbus. Praktisch beschouwd heeft de gebruiker een scherm met knoppen ‘terminal’ in de trekker en computerkastjes op zowel trekker als werktuig. Met de terminal zijn alle werktuigen te bedienen, gegevens uit te lezen en machines af te stellen. Aan een 9-polige stekker op het spatbord van de trekker voor koppeling met het werktuig is te zien dat het om isobus-communicatie gaat. Met de stekker worden trekker en werktuig direct aan elkaar gekoppeld en verschijnt de bediening op de terminal in de trekker.
Topcon: AEF-certificaat
Topcon is een aftermarket-leverancier met een AEF-certificaat. AEF, de Agricultural Industry Electronics Foundation, werkt aan het verbeteren van de samenwerking tussen machines van verschillende fabrikanten. Heeft een bedrijf een certificaat, dan staat het in de AEF-database en kunnen gebruikers kijken of een bepaalde machines compatibel is met een trekker of, in dit geval, een systeem van Topcon. Op die manier is met zekerheid te zeggen dat een Topcon-systeem zonder problemen samenwerkt met een trekker of machine uit de AEF-database.
Alles op één scherm
Of het gaat om zaaimachines, planters of oogstmachines, elke machine is met behulp van één isobus-kabel te koppelen aan een scherm van Topcon. Het X30 bedieningsscherm dat Topcon in 2011 introduceerde was al voorzien van isobus. In december 2020 zijn er aan het assortiment van Topcon twee nieuwe bedieningsschermen toegevoegd. De XD en XD+ zijn voorzien van applicaties als orderbeheer, dataverbindingen met het Topcon Agriculture Platform (TAP) en uiteraard isobus-besturing. In het kort: met isobus wordt een gestandaardiseerde uitwisseling van data mogelijk. Dat betekent dat je met één scherm meerdere machines kan aansturen. Meerdere losse schermen in de cabine zijn dus overbodig.
Nauwkeurige aansturing
Met behulp van isobus worden machines nauwkeurig aangestuurd. Dat betekent dat er met een zo laag mogelijke input van bijvoorbeeld zaaigoed, een zo hoog mogelijke opbrengst kan worden gerealiseerd. Al is het alleen maar omdat de zaaimachine op de kopakker op tijd stopt met de afgifte. Bovendien geeft isobus de gelegenheid tot het vastleggen en analyseren van gegevens en het in de gaten houden van de werking van de werktuigen. De gegevens worden direct doorgestuurd naar bijvoorbeeld de pc op het kantoor thuis.
Bron: TOPCON