Sleepslangen in het Hollands-Utrechts veenweidegebied stelt hoge eisen aan het materieel én aan de chauffeur. Het betekent veel draaien en keren op smalle percelen met ondiepe greppels. Veelvuldig een dammetje oversteken. Werken op veen met weinig draagkracht, zeker na regenval. CWV Ons Belang uit Zegveld rijdt de mest uit van circa vijftig melkveehouders met bemesters die daar eigenlijk te zwaar voor zijn. Gerard en Bas van Ingen hebben ten langen leste Willian van de Broek van VDB voor de uitdaging gesteld een bemester te bouwen die minder dan 3.000 kg weegt, inclusief sleepbuis.
Open C-profiel frame
De uitdaging werd aanvaard en met een netto gewicht van 2.975 kilogram lijkt de missie ook geslaagd! Van den Broek BV, bekend van de VDB mesttechniek zoals de Slurry Swivel en de Slurry Booster pompwagens, heeft dit bewerkstelligd door af te stappen van opbouw op een kokerprofiel en te kiezen voor een hol C profiel. Dit maakt het gebruik van staal met de grootste treksterkte mogelijk, zodat de dikte (en het gewicht dus) van het frame is gehalveerd.
Het holle C-profiel draaglichaam is verstevigd met zettingen om het frame de benodigde stijfheid mee te geven. De gebruikte hoeveelheid plaatstaal loopt bovendien van het midden naar de uiteinden af in dikte, zodat het frame het dikst is daar waar de meeste krachten op het profiel inwerken.
Ophanging elementen van VDB sleepslangbemester
Het open en holle C-profiel geeft de mogelijkheid om de ophanging van de (sleepvoet) mestelementen minstens 30 centimeter verder naar voren te plaatsen ten opzichte van de ophanging op een conventioneel kokerprofiel frame. De elementen worden namelijk dicht tegen de verticale voorkant van het C profiel opgehangen. De ophanging is met pengatverbindingen door de zettingen heen. Door deze ophanging komt het zwaartepunt van de bemester ook korter op de trekker te liggen. Ook de toevoerslangen met de twee Alrena mestverdelers zijn voor het frame, dus dicht op de trekker, gemonteerd.
Vloeiende meststroom
Omdat de elementen aan de verticale (dichte) zijde van het C-profiel zijn bevestigd, liggen de elementen en de daaraan gekoppelde toevoerslangen behoorlijk vlak en buigen ze nauwelijks bij het uitheffen van de elementen. Dat bevordert de levensduur van de slangen.
De meststroom loopt zodoende geleidelijk schuin naar onderen af naar het bemestersvoetje. De aansluiting van de sleepvoet op het kunststof bemestersvoetje én het speciale ontwerp van het bemestervoetje, zorgt er volgens de fabrikant voor dat de mest ook netjes in de sleuf terecht komt.
Secties
De elementen zijn per twee opgehangen in het frame en vormen samen één sectie van 4 x 18,75 cm = 75 centimeter. De slanguiteinden zijn voorzien van lichte kunststof luchtafsluiters. In totaal zijn er 11 secties beschikbaar op de 33 elementen die aan het 11,75 meter lange frame bevestigd zijn.
Omdat in het werkgebied veel (netto) percelen van 48 meter breedte voorkomen heeft VDB op verzoek aan de twee buitenste elementen drie sleepvoeten gemonteerd zodat de bemester exact 12 meter kan bewerken. De bemester heeft precies één element in het midden. Zo kun je zonder problemen een perceel vanuit het midden afwerken met behulp van automatische sectieafsluiting aan de randen van het perceel.
Dat gaat automatisch op GPS. De hardware en software voor de aansturing is door VDB zelf ontwikkeld. De bemester heeft een apart hydraulisch circuit dat via drukcilinders op ieder element een gelijke bodemdruk handhaaft om een goede bodemvolging te garanderen. Bij het uitheffen van secties blijft de rest van de voeten op druk staan.
Manoeuvreren
De sleepbuis die boven aan het frame is gemonteerd kan bij het draaien en achteruitsteken over de bovenkant van het frame heen zwenken. In het midden van de trekpijp zit een scharnierpunt waardoor bij het terugsteken het uiteinde van de pijp naar de voorkant van de trekker knikt. Hiermee kan 150 meter terug gereden worden met de slang er aan vast. Dat scheelt keerbewegingen volgens Van Ingen. “Het frame is compact hydraulisch op te klappen naar transportstand en steekt in opgeklapte stand niet meer dan een halve meter achter de bemester uit”.
Van Ingen is opgetogen over de constructie. “We moeten regelmatig een dammetje over om op een ander perceel te komen. Deze bemester kan ik al rijdend opklappen en doordat de slangbuis bovenop het frame is gemonteerd kan ik voldoende uitheffen om met de Swivel over het hekwerk te komen”. Op de hoofdarmen zijn ‘aanslagbeschermers’ gemonteerd die in opgeklapte vorm de Swivelarm blokkeren zodat die niet tegen de elementen kan zwiepen bij draaibewegingen tijdens het transport.
De ophanging van de scharnierpunten is robuust en breed uitgevoerd voor een langere levensduur. De krachten worden verdeeld over een breder draaipunt en de uitslag bij speling is minder groot door langere pennen.
Missie van VDB geslaagd?
Bas van Ingen is positief over de eerste Slurry bemester. “De tweede is inmiddels besteld. Sleepvoet bemesten is ooit bedacht om mest met zo weinig mogelijk bodemdruk op het land te kunnen brengen. VDB is de eerste leverancier die ons daadwerkelijk een bemester met een gewicht onder de 3.000 kilogram kan leveren. Voor ons is dat heel belangrijk op het veen. De sleepvoet en het mestvoetje werken de mest mooi weg tussen de zode. Na twee dagen kan een perceel doorgaans al weer begraasd worden”.
Investering
De machine is volgens Van Ingen marktconform geprijsd. “Met dit nieuwe concept kunnen wij efficiënter werken zodat we het werk sneller kunnen uitvoeren. Onze klanten zien de voordelen ook maar helaas hebben we beperkte ruimte om nieuwe hectares aan te nemen. Dit jaar is er ongeveer 50 hectare bijgekomen”. CWV Ons belang rijdt met twee bemesters jaarlijks 200.000 kuub mest uit op circa 4.000 hectare grasland. Tijdens het hoogseizoen werkt met desnoods 24h in een team met drie man om een combinatie van pomp en bemester te bedienen in een werkschema van 16 uur op en 8 uur rust.
Bandenwerk van VDB sleepslangbemester
De lichte bemester laat zich prima combineren met de compacte Deutz-Fahr 6160 TTV (166 pk). Van Ingen heeft 1050/50 R32 Michelin banden gemonteerd om in de periode van half februari tot half april met maximale draagkracht op 0,6 bar te rijden. In de zomerperiode monteren ze Michelin 900/50 R42 banden met een kleinere luchtkamer, voor werken op 0,9 bar.
Voor montage op een nieuwe trekker staat voor volgend voorjaar de nieuwe 1000 /65 R32 band van Mitas gepland. Daarmee verwacht Van Ingen op 0,4 bar te kunnen rijden. Deze VF banden met een grotere wang zijn oorspronkelijk bestemd om het gewicht van zelfrijders te dragen. Ondanks het stijvere karkas van deze banden is de verwachting dat met deze banden een contactoppervlakte van één vierkant meter is te bereiken. Van Ingen heeft besloten tot deze aanschaf nadat bij collega Visch in Doornspijk de werking van deze band is bekeken.
Schijvenbemesten
De Slurry injector is ook te rusten met schijven. Door de sectieafsluiting op 75 cm is rijen bemesten op die rijafstand met deze machine mogelijk. Het gewicht van de bemester stijgt na opbouw van de 35 centimeter schijven naar 3.250 kilogram.
Tekst en beeld: Jan Geert Vedelaar