Loonbedrijf Breure-De Waard gaat in Flevoland ruim tweeduizend hectare suikerbieten te lijf met zeven bietenrooiers. Afgelopen maand is de vierde Holmer in bedrijf genomen. Voor chauffeur Marco van Dijke is deze drieassige Holmer T4 40 van vijftien meter lang met een dertig tons bunker, knikbesturing en hondengang ook een primeur. Op de zware klei van Jos Heeman in Biddinghuizen kan hij met de machine meteen vol aan de bak om acht hectare ‘vroege levering’ voor de regen uit de grond te scharen.
Unieke set banden
De Holmer T4 40 is een indrukwekkende verschijning, maar scoort toch goed op bodemvriendelijkheid. De bodemstructuur wordt zoveel mogelijk gespaard door de zes banden die in hondengang rijden. Door de montage van de Michelin Cerexbib2 banden (VF 900 / 60 R38) op de vooras en de VF-variant van MITAS, de SFT 1250/50 R32 CHO banden op de achterassen, is er een grote draagkracht en voetafdruk ontstaan bij slechts een bar bandendruk.
Volgens Van Dijke zijn er momenteel twee rooiers in Nederland, die op deze volumineuze bandenconfiguratie staan. Ook de andere T4 40 van Breure-De Waard is er afgelopen winter – zodra deze banden beschikbaar kwamen – mee uitgerust. De banden bewijzen hun waarde op de zestig procent afslibbare zeeklei van Jos Heeman.
Holmer T4 40 heeft verfijnde bediening
Door de werking van de proportionele ventielen ervaart Van Dijke de aansturing van de pompen en de olieafgifte op de diverse circuits van de rooier, als zeer direct. “De olieafgifte reageert heel gevoelig op de bediening. Een kleine aanslag op een (tuimel)schakelaar, bijvoorbeeld die van de diepteregeling van de scalpeurs of die van de rooischaren, laat direct een reactie zien en dat werkt prettig”, zo legt Van Dijke uit. “De machine loopt heel stabiel en rustig, ondanks dat op alle zes de rooiaggregaten de hoogte individueel geregeld en bijgesteld wordt tijdens het rijden”.
Rooi-instellingen Holmer T4 40
Op de zware klei probeert Van Dijke zo ondiep mogelijk te rooien zonder dat er puntbreuk ontstaat. De automatische ‘EasyLift techniek’ is daarbij ondersteunend. Op basis van een afwijkende hoge of juist een verzonken stand van de biet in de rij, past ieder individueel rooiaggregaat zo nodig de rooidiepte van de scharen aan, om iedere biet optimaal te kunnen liften voor een minimale puntbreuk.
Ideaal in een onregelmatig gewas of wanneer je verschillende rassen rooit. “Het komt ook voor dat een hele rij dieper staat dan de andere rijen. In dat geval is het mogelijk om zowel de scalpeur (DynaCut.) als de rooischaren (EasyLift) dieper af te stellen in die ene rij. Bij het uitheffen van het rooilichaam voor een volgende gang synchroniseren alle rooiaggregaten hun instellingen weer terug naar de automatische diepteregeling.”
Gebruikskosten Holmer T4 40
Een nieuwe rooier betekent ook de nieuwste motortechniek aan boord. Van Dijke ervaart een hoger koppel en merkt op dat hij onder deze – zij het relatief gunstige – rooiomstandigheden voldoende heeft aan elfhonderd toeren op de klok om te rooien met een snelheid van rond de vijf kilometer per uur. Dat scheelt al gauw tweehonderd toeren ten opzichte van een oudere rooier schat hij in. “Dan praat je toch al snel over een besparing van vijf à zes liter diesel per hectare.”
Tweedehandsmarkt
De Holmer past vanwege de hoge restwaarde goed in de investeringsstrategie van het loonbedrijf. Naar rooiers met deze techniek en bunkerinhoud is veel vraag in Duitsland, weet Van Dijke. “Dat geeft ons op termijn de gelegenheid om de machines relatief jong en na minimale onderhoudskosten, gunstig van de hand te doen met het oog op het investeren in een nieuwere serie, de T50 40.”
Fotoreportage Holmer T4 40:
Tekst en beeld: Jan Geert Vedelaar