Zes melkveehouders deden samen met hun loonwerker twee jaar lang ervaring op met kruidenrijk grasland binnen het project Natuurlijke Veehouderij Utrecht. Hieronder hun belangrijkste bevindingen en tips.
Inzaai van kruiden
Er zijn zowel kruiden ingezaaid als doorgezaaid. Het werd al snel duidelijk dat doorzaaien eigenlijk geen optie was, ook al werden er verschillende machines ingezet. De kruiden hadden bij opkomst te veel concurrentie van het gras. Inzaaien gaat goed onder de voorwaarde dat het land zwart is, zodat concurrentie wordt voorkomen. Ook kruiden minder diep zaaien dan het gras vermindert de concurrentie. Dit betekent echter wel twee werkgangen, dus meer arbeid en hogere kosten. Het beste moment van inzaaien blijkt in de praktijk te liggen tussen september en november. De spreiding in tijd heeft te maken met de bodemtemperatuur op de betreffende locatie. Deze mag niet te laag zijn.
Gerbrand Schuurman, loonwerker in Abcoude: “Uit eerdere proeven had ik al geleerd dat bij inzaai van kruiden in het voorjaar de kans van slagen zeer klein is. Wij hebben bij de inzaai van kruiden in het najaar binnen het project verschillende grondbewerkingen toegepast. Ik verwachtte dat dit ook verschillende resultaten in opkomst en spreiding zou laten zien. Dat was niet het geval. Alle kruiden stonden na verloop van tijd gelijkmatig op de percelen. Het maakte niet uit welke grondbewerking was toegepast.”
De kruidenmix
Veel verschillende soorten kruiden in een mengsel geven meer diversiteit en meer wildernis. Productiegerichte kruidenmengsels zijn beter ‘beheersbaar’. De keuze is afhankelijk van de bedrijfsvoering: hoe wordt het land gebruikt en welke kruiden passen hier het beste bij. De sterkste kruiden in een mengsel zijn klaver, chicorei en smalle weegbree. Let bij uitgesteld maaibeheer extra op de samenstelling van de kruiden. Chicorei wordt bijvoorbeeld houtig als het lang op het land staat.
Evert Overeem, melkveehouder in Eemnes: “Ik bemest jaarlijks 20 m3 en er komt vooralsnog veel gewas van het kruidenperceel. De kwaliteit van de eerste snede viel me erg tegen. Het betreffende perceel zit in een beheer met uitgestelde maaidatum, waardoor de cichorei het gewas erg stengelig en houtig maakt. De koeien vreten het stengelige niet en daardoor blijft veel restvoer over.”
Iedere vorm van bemesting betekent stikstof toedienen aan het gewas; vermijd kunstmest. Bijna alle grassoorten reageren hevig op stikstof en verdringen de kruiden. Bovendien zorgt de stikstof ervoor dat de klaver het veld verlaat. De bodemsoort en het stikstofleverend vermogen van de bodem bepalen hoeveel drijfmest nodig is. Minder gebruik van mest betekent ook minder kosten. Wel is het aan te raden om te bekalken bij een te lage pH-waarde. De meeste kruiden wensen een minimale pH-waarde van 5,0 op veengrond en 6,0 op zand- en kleigronden.
De oogst
Kruidenrijk grasland is geschikt om te beweiden en om te maaien en eventueel in te kuilen. Probeer bij de oogst schudden en kneuzen, hetgeen leidt tot bladverlies, te vermijden zodat de voederwaarde behouden blijft. Stel de maaier iets hoger af dan gebruikelijk, bijvoorbeeld vanaf acht centimeter stoppelhoogte. Of kruidenrijk grasland goede opbrengsten levert ten opzichte van traditioneel grasland is niet zo eenvoudig te zeggen. Kruidenrijk grasland groeit trager in het voorjaar dan traditioneel gras.
De opbrengsten hangen sterk af van het toegepaste graslandmanagement op de percelen en de weersomstandigheden gedurende het groeiseizoen. Bij een droog jaar kunnen de diepwortelende kruiden (rode klaver, cichorei en smalle weegbree) langer doorgroeien dan het traditionele gras. Verder hanteren onderzoeksinstituten een meetmethode gebaseerd op traditioneel gras, waardoor de uitkomsten een vertekend beeld geven. Analyseren van kuilen is nog lastig omdat de ijklijnen van grasland leidend zijn.
Cock Verweij, melkveehouder in Weesp: “De opbrengsten van het kruidenrijk grasland waren ongeveer gelijk aan die van het gangbare grasland, 12 ton ds/ha. Ik denk dat een gras-klaver perceel meer opbrengst geeft. Grasklaver is ook goedkoper om te zaaien.”
Gerbrand Schuurman, loonwerker in Abcoude: “De opbrengsten zijn, naar mijn mening, erg hoog in relatie tot de lage bemesting die het land krijgt. Het nadeel is dat kruidenrijk grasland lastiger te managen is dan een perceel traditioneel grasland. Ik ben heel benieuwd hoe lang het land hoge opbrengsten kan blijven behouden met weinig bemesting en welke kruiden persistent zijn.”
Arjan en Wessel van Rijn, melkveehouders in Oud Aa: “Kruidenrijk grasland past goed bij intensief beweidende boeren, niet bij intensieve boeren die streven naar maximale opbrengst van het land. Het kruidenrijk grasland gaf ongeveer acht ton ds/ha waar de traditionele percelen een opbrengst hadden van 11 ton ds/ha. Als PlanetProof het aandeel kruidenrijk grasland binnen het concept verhoogt, hebben we meer kruidenrijke percelen nodig. Dat kan betekenen dat we zo veel opbrengst missen dat we onvoldoende ruwvoer van eigen land kunnen winnen.”
Monitoren
Komen er in de loop van de tijd te veel kruiden in het gras dan is het te overwegen iets meer te bemesten zodat je de kruiden terugdringt. Komen er te veel onkruiden in het gras dan zijn deze alleen pleksgewijs, via aanstippen, te verwijderen. Bij volveldse onkruidbestrijding verdwijnen alle kruiden, dus ook de gewenste kruiden.
Cock Verweij, melkveehouder in Weesp: “Rondom kruidenrijk grasland zijn er meerdere no-go’s: geen kunstmest, geen volveldse onkruidbestrijding en niet te lang weiden want dan worden de kruiden weggevreten uit het perceel. Het intensief weiden van schapen op een perceel kan wel helpen met het bestrijden van onkruid, omdat deze ook het onkruid wegvreten.”
Verdienmodellen
De meerwaarde van kruidenrijk grasland bij PlanetProof en de lagere bemestingskosten zijn voordelen die alle projectdeelnemers naar voren brengen. Het project laat zien dat kruidenrijk grasland een lager saldo heeft dan gangbaar grasland als de opbrengst lager is. Bij gelijke opbrengst heeft kruidenrijk grasland een hoger saldo. De kosten voor kruidenrijk grasland liggen lager doordat er geen kunstmest wordt gebruikt en er minder dierlijke mest op het perceel wordt aangewend. De deelnemers beschrijven het project als: “Een mooi en geslaagd project, maar ik ben er niet 100 procent zeker van of ik straks meer percelen kruidenrijk grasland ga inzetten. Het is niet duidelijk hoe persistent de kruiden zijn en of ik bij meerdere kruidenrijke percelen geen tekort aan ruwvoer krijg.”
Meer weten?
Het project Natuurlijke Veehouderij Utrecht duurde twee jaar. Mede door de korte tijdsduur is het niet te zeggen hoe de kruiden zich houden na een aantal jaren. Voor meer informatie over kruidenrijk grasland kunt u contact opnemen met Edith Finke of Stef van Bergen.
Het project is mede mogelijk door steun van de provincie Utrecht en het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling: Europa investeert in zijn platteland.
Bron: DLV Advies