Foto Kees Boersma: Een nieuwe ferguson 7718s met nieuwe herder giek en nieuwe veenhuis wagen van de firma jelle bijlsma bv uit giekerk. Aan het zeedijk maaien in noord holland
Vlakbij Parijs, in Beauvais, bevinden zich de fabrieken van Massey Ferguson. Beauvais is de thuislocatie van de grootste productiefaciliteit voor tractoren van AGCO in Europa en de grootste van zijn soort in Frankrijk. De Loonwerker reisde samen met Matermaco naar de fabriek voor een babbel met Guillaume Boutin, Business Manager van Massey Ferguson voor onder meer België, Ijsland en Finland.
Guillaume Boutin is intussen negen jaar actief bij het bedrijf. Hij oefende er verschillende functies uit, waaronder de aftersales service, marketing, export en zijn huidige functie in de verkoop en export die hij drie jaar geleden opnam. Boutin is verantwoordelijk voor de zone België, Luxemburg, Finland en Ijsland.
De Loonwerker: U bent Business Manager voor uiteenlopende landen. Wat valt u het meeste op qua verschillen?
GUILLAUME BOUTIN: “Er zijn grote verschillen tussen de landen die onder mijn verantwoordelijkheid vallen. Ik vergelijk vaak twee landen met vergelijkbare bedrijven, België en Finland, omdat het gebruik van machines door de landbouwers daar sterk verschilt. In België worden grote tractoren ingezet op de grote landbouwbedrijven waar aan akkerbouw wordt gedaan, denk aan aardappelen of graan. In Finland daarentegen worden grote tractoren acht maanden per jaar gebruikt voor het sneeuw ruimen. Daar heeft men een tractor van 260 pk met frontlader vooral om de wegen sneeuwvrij te maken in het winterseizoen. Pas nadien, tijdens wat daar “de zomer” is (van mei tot september), wordt hij ingezet voor zaaien en ander werk op het veld. Die grote focus op de frontlader en het sneeuwruimen vindt men niet in België.”
De Loonwerker: Bent u afkomstig uit de landbouwsector?
GB: “Absoluut. Ik ben geboren en getogen op de boerderij, ben klant geweest bij Massey Ferguson en studeerde met focus op landbouwwerktuigen. Mijn carrière liep ook via andere merken. Voor de verschillende functies die ik uitoefende, reisde ik eerst in Frankrijk rond, nadien in een groot deel van Europa en recenter over de hele wereld. Zo ben ik drie keer in Afrika geweest. Ik heb dus veel verschillende landen en evenveel gebruiken gezien. Neem bijvoorbeeld Japan. Je zou daar iets totaal anders verwachten dan wat wij in Europa kennen, maar buiten het feit dat de wetgeving er anders is, is het gebruik van machines er eigenlijk heel vergelijkbaar met dat van ons.”
De Loonwerker: Wat waren voor u de belangrijkste evoluties in de landbouw de afgelopen jaren?
GB: “Op vlak van machines, en dan spreek ik niet alleen voor Massey Ferguson, maar voor de hele markt, stel ik vast dat technologieën zoals transmissie, versnellingsbak en motor ‘af’ zijn. De fabrikant kan maar beter de hoge standaarden waar we toe gekomen zijn respecteren. De focus ligt op dit ogenblik op boordelektronica en al wat besturingssystemen met precisie tot op de centimeter aangaat. Wat tien jaar geleden ongewoon was, maakt vandaag de dag deel uit van de standaarduitrusting van een tractor. Je moet je maar bedenken dat wanneer je het vroeger over een tractor met technologie had, dit wilde zeggen dat deze technologie door de verdeler werd ingebouwd. Nu maakt technologie gewoon integraal deel uit van de fabrieksopbouw. Op het vlak van landbouw kan je stellen dat de sector sterk aan zelfreflectie doet.
Meer en meer komen we terug naar de basiswaarden van de agronomie. Men beseft dat de dolle verhalen van de jaren 1980, 1990 en begin 2000 met intensief gebruik van fytosanitaire en andere producten, nu echt wel aan hun einde zijn gekomen. Men laat zich veel meer door rede leiden, en de Europese wetgeving is ook veel strenger geworden. Kenmerkend is ook dat er ook in de rest van de wereld hard wordt nagedacht om niet dezelfde fouten te maken en om de kosten veel meer onder controle proberen te houden. Teelten zoals graan, aardappels en bieten blijven gebaseerd op speculatieve kosten. De moderne landbouwer wil echter zijn kosten controleren en de baas blijven om zo winst uit zijn bedrijf te halen.”
De Loonwerker: Ondertussen is de Mother Regulation meer dan een jaar in voege. Heeft dat voor Massey Ferguson veel impact gehad?
GB: “De oplossingen waren er grotendeels al, het was alleen een kwestie van ze te implementeren. De technologie die Massey Ferguson koos voor haar gamma is die van de pneumatische remsystemen, die we tegenwoordig steeds vaker zien voor de grote vermogens in Europa. Wat echter moeilijker is, is mensen uit andere markten overtuigen om ook deze stap te zetten. Fabrikanten van opleggers en werktuigen volgen wel, maar met vertraging. In deze sectoren ziet men nog niet meteen het nut in. Wat volgens mij delicaat is, is dat we moeten overtuigen dat deze extra investeringen ten goede gaan komen voor de toekomst en dat deze fabrikanten binnenkort toch dezelfde normen zullen moeten hanteren. Verder houdt de Mother Regulation kleine zaken in die ervoor zorgen dat we een beetje richting grote transportvrachtwagens gaan.”
De Loonwerker: Europa wordt steeds meer één. Welke invloed heeft dat op de landbouw in de verschillende deelstaten volgens u?
GB: “Op vlak van de wetgeving geldt dat inderdaad zeker, maar elk land van de Unie blijft wel kleine, lokale verschilletjes behouden. In de regio’s waarin ik actief ben bijvoorbeeld stel ik kleine dingen vast die in het ene land werken, maar waarvoor bijkomende goedkeuringen nodig zijn in een andere markt. Ook al zijn onze tractoren conform aan de Europese norm, er blijven subtiele lokale verschillen.
Dit geldt trouwens voor meer andere zaken dan louter tractoren ook, zelfs in de wetgeving aangaande het GLB. De verschillen waar ik het over heb, kon ik vroeger al vaststellen tussen de verschillende departementen in Frankrijk. Er zijn Europese richtlijnen, en dan is er het begrijpen daarvan en de manier waarop de teksten – vertaald naar al onze verschillende talen – geïnterpreteerd worden. Daardoor zijn er altijd min of meer lokale versies.”
De Loonwerker: Eind oktober zou de Brexit afgerond worden. Verwacht u daar veel gevolgen van bij Massey Ferguson?
GB: “Zeker, want het Verenigd Koninkrijk is een erg belangrijke markt voor ons. Het land zit in de top vijf van de klanten van de zetel in Beauvais. Het is een belangrijke kwestie, zeker als Brexit synoniem is voor importtaksen. We gaan met een niet te onderschatten economische weerslag zitten die zeker de fabrikanten uit de sector die niet ter plaatse bouwen gaan voelen. Massey Ferguson anticipeerde hierop door een overgangsfase te voorzien en ervoor te zorgen dat er reeds machines ter plaatse waren voor de eerste deadline op 31 maart ll.”
De Loonwerker: Hoe ziet u de landbouw evolueren in de toekomst?
GB: “Als we het hebben over de landbouw in Europa zou ik het continent in verschillende stukken verdelen. In West- (en Noord-)Europa, waar wij deel van uitmaken, hebben we redelijk vaste landbouwsectoren. Er is geen echte mogelijkheid meer tot expansie: het aantal landbouwers per jaar neemt niet toe. De globale tractorverkoop varieert wanneer we de grafieken bekijken, maar zal geen records breken en zal ook niet meer exponentieel verhogen. In Oost-Europa is meer potentieel, omdat er daar nog onbewerkte zones zijn en nog aan ‘microfarming’ (met paarden e.d.) gedaan wordt in bepaalde landen, die zullen willen evolueren. Dat zal echter de afname aan landbouwers op Europees niveau niet goedmaken. Op een termijn van 5 à 10 jaar vrees ik dat de markt ter plaatse zal blijven trappelen of zelfs lichtjes zal dalen."