Medio 2019 zijn de Nederlandse bedrijven Veenhuis en Schuitemaker gefuseerd. Twee bedrijven die beiden een rijke historie in de agrarische sector hebben. Bij Veenhuis denken we aan de van oudsher bekende gele tanks waar het Raalter bedrijf bekend mee werd. Bij Schuitemaker denken we aan tal van machines voor voederwinning en voeren in de kenmerkende tomaatrode kleur geproduceerd in Rijssen.
Fusie Veenhuis en Schuitemaker
Om voor de toekomst behouden te blijven, efficiënt te kunnen produceren en productinnovaties te ontwikkelen, werd besloten tot een fusie. Eind 2018 is de regionale investeringsgroep Wadinko uit Zwolle als aandeelhouder ingestapt. De Loonwerker is benieuwd hoe het nu gaat en sprak met de heren Holtkamp en Huisjes.Eerst een korte introductie!
Robbert Holtkamp
Robbert Holtkamp werkt twee jaar bij Schuitemaker Machines in de rol van marketingmanager en heeft het turbulente jaar 2018 met o.a. een reorganisatie en de bedrijfsfusie met Veenhuis Machines van dichtbij meegemaakt.
Hans Huisjes
Hans Huisjes startte ruim dertien jaar geleden bij Veenhuis op de afdeling verkoop binnendienst. In de loop der jaren is hij meer marketingtaken zoals het organiseren van evenementen en dergelijke, gaan doen. Na de fusie zal zijn rol meer bij productmanagement en marketing komen te liggen. Robbert Holtkamp zal meer het algehele PR-gebeuren en de marketingcommunicatie van de holding voor zijn rekening nemen.
De Loonwerker: Wat was precies de aanleiding voor Veenhuis en Schuitemaker om te gaan samenwerken?
Holtkamp: “Ik denk dat beide bedrijven voor een belangrijk keuzemoment stonden voor de toekomst. Hoe gaan we verder met productontwikkeling en efficiency? Beide bedrijven hebben een bepaalde schaalgrootte en veel maakproducten waar een complex productieproces achter zit. De machines worden voor een deel zelf geproduceerd en deels ingekocht. Het is een complex proces om er voor te zorgen dat er een goed product van de productielijn rolt. Je hebt talrijke seriematige geproduceerde machines en legio ‘specials’. Om dat rendabel te maken heb je een bepaalde schaalgrootte nodig. De bedrijven Schuitemaker en Veenhuis vullen elkaar daarin goed aan en dat levert veel synergie op. Schuitemaker en Veenhuis zijn gerenommeerde A-merken in hun marktgebieden, met name in voederwinning en mestoplossingen. Ook op het gebied van productie en gezamenlijk inkopen kunnen wij voordelen behalen. Zeker wanneer je bepaalde zaken zoals innovatie, productie, verkoop, marketing, service en aftersales bundelt. Wanneer je dan met deze twee A-merken op een gelijk niveau en ieder in zijn eigen discipline (mestoplossingen én voederwinning) de markt gaat bewerken en meer schaalgrootte creëert, dan levert dit gelijk ook meer slagkracht op.”
De Loonwerker: Wat is er nu eigenlijk allemaal veranderd?
Huisjes: “We hebben net de internationale beurzen Agritechnica in Hannover en Agribex in Brussel achter de rug. Met name op Agritechnica ontvingen wij omtrent de fusie veel positieve reacties van onze klanten. Door deze samenwerking komen beide bedrijven sterker op de markt. Dat geeft weer vertrouwen voor de toekomst. De continuïteit voor de lange termijn is een belangrijk streven. Onze trouwe klanten zien dat ook. Zowel Schuitemaker als Veenhuis hebben fans. Deze willen ook dat de vertrouwde merken en machines behouden blijven in de markt.”
Holtkamp: “Wat ook belangrijk is, is dat wij de dealers nu een breder portfolio kunnen aanbieden op het gebied van mest- en voederwinningoplossingen. De Schuitemaker-dealers kunnen nu ook een breder mestportfolio aanbieden en vice versa voor het Veenhuis dealernetwerk komt er een voederwinningportfolio bij. Dus hun marktpotentie wordt – omdat je vanuit een tweetal merken uit één organisatie kunt opereren – hierdoor ook groter.”
De Loonwerker: Veenhuis werkt toch ook samen met Kverneland? Hoe zit dat nu dan?
Huisjes: “In Duitsland hebben wij inderdaad een distributiesamenwerking gehad met de Kverneland Group Deutschland. In 2009 heeft Veenhuis de gehele voederwinningstak aan de Kverneland Group verkocht. De meeste wagens zijn in die periode op de Duitse markt verkocht. Vandaar ook dat wij intensief contact kregen met de Duitse verkooporganisatie. Wij hebben toen gezamenlijk onderzocht of er meer mogelijkheden waren om elkaar te versterken. Dit heeft geleid tot een exclusieve distributiesamenwerking voor de Duitse en Oostenrijkse markt. Dus; dat was puur een distributienetwerk in de Duitse markt en had op productiegebied niks met elkaar te maken. Al voor de fusie met Schuitemaker is dit beëindigd.”
De Loonwerker heeft natuurljk nog veel meer vragen gesteld. Bijvoorbeeld:
Wat ziet de klant van de samenwerking?
Welke innovaties kunnen wij in 2020 van Veenhuis & Schuitemaker verwachten?
Hoe gaat het op dit moment met de NIRS-techniek?
Hoe zien de bedrijven er over pakweg vijf of tien jaar uit?