Het trekkerpark van Loonbedrijf Paridaen uit Sint Kruis bestaat uit twaalf John Deere tractoren, zes van deze hebben meer dan tienduizend uur op de teller. Bij het loonbedrijf zijn ze van mening dat transport en sleurwerk makkelijk met ‘urenvreters’ kan gebeuren. Zo ook de drie uren op de teller van deze maand. De John Deere 7710, de 7810 en de 7820 zijn samen goed voor 45.000 uren.
Pluspunten van deze oudere John Deere ’s zijn de degelijke bouw en de betrouwbaarheid. Bovendien zijn ze zuiniger dan de nieuwe generatie. Het grootste minpunt van de youngtimers is het comfort. Het is echter bijzonder moeilijk om de oudere John Deere ’s te vergelijken met een vertegenwoordiger van de hedendaagse tractoren.
Betrouwbaarheid
“Het grootste voordeel van de drie John Deere ’s is de betrouwbaarheid. Ik heb geen angst dat één van de drie met grote problemen stil komt te staan,” vertelt Kurt Berckmoes. Samen met zijn vrouw Bianca Paridaen runt hij in Zeeuws-Vlaanderen, kort tegen de Belgische grens, het agrarisch loonbedrijf. Hij is voornamelijk werkzaam binnen de veehouderij- en akkerbouwsector.
Bij Paridaen werkt men met grote innovatieve machines, omdat goed personeel steeds lastiger te vinden is. Zeker op akkerbouwgebied, waar de uien- en bonenteelt het specialisme is. Volgens Kurt Berckmoes is het belangrijk om de slagkracht van het bedrijf te behouden. Als dat niet met meer personeel kan, dan moet het met machines die een grotere capaciteit hebben. De uren voor transportwerk daarentegen worden met de youngtimers ingevuld. “Voor sleurwerk aan een silagewagen hebben wij nooit een nieuwe tractor gekocht, altijd een met zes- á zevenduizend uren. Je kunt rekenen wat je wil, maar een nieuwe trekker van twee ton kan nooit uit voor transportwerk,” vertelt Bianca Berckmoes-Paridaen.
Degelijke bouw en geveerde vooras
De John Deere 7710 is hiervan een perfect voorbeeld. De trekker is in 2001 geproduceerd en in 2010 met dik 7500 uur op de teller door het loonbedrijf gekocht. Meteen aan het begin is de trekker voor een Record silagewagen gehangen en hij komt er alleen bij hoge uitzondering vanaf. Dat resulteert in een urenstand van 15.500. De grote pluspunten van de John Deere 7710 zijn: de degelijke bouw, de betrouwbaarheid en de geveerde vooras. Tevens is de 7710 net zoals de 7810 erg sterk en is ondanks het hoge eigen gewicht erg zuinig qua brandstof. De autocommand-bak is ook een van de sterke punten van de 7710, zeker voor het werk naast de hakselaar.
Jaarlijks worden nog vijfhonderd uren op de klok bijgeschreven. Minpunten zijn er ook: ten opzichte van een nieuwe John Deere is het comfort ver te zoeken, ook is het een lompe, stugge trekker met een grote draaicirkel.
Bedrijfszeker
De tweede John Deere is de 7810. Een trekker die vergelijkbaar is met de 7710. De 7810 is uit het bouwjaar 1997 en is in 2005 met vijfduizend uren op de teller gekocht. Inmiddels zijn dat er al 13.750 uur. In 2005 wordt de 7810 een van de hoofdtrekkers van het loonbedrijf. Na jaren dumperwerk bij zijn vorige werkgever, wordt hij bij Paridaen voornamelijk ingezet voor de vierkante balenpers van Claas.
Na de komst van jongere en zwaardere John Deere ’s wordt de 7810 voor de silagewagen gepositioneerd. De autocommand-versnellingsbak is ook bij deze trekker een groot pluspunt. “Motorisch en baktechnisch hebben wij nog nooit wat aan beide 7010 John Deere ’s gehad. Ze zijn oersterk en ondanks de leeftijd nog zeer bedrijfszeker,” aldus Kurt Berckmoes. Ook deze John Deere heeft geen grote reparaties nodig gehad. Volgens Bianca Berckmoes-Paridaen is het mooi om te zien dat iedereen nog graag met de ‘oudjes’ de weg op wil. Voor het silagewerk in het seizoen wordt beroep gedaan op de plaatselijke zzp’ers. In deze periodes hebben alle combinaties een vaste chauffeur.
7020-serie
Naast de twee John Deere ’s uit de 7010-serie, bezit Paridaen er ook nog twee uit de 7020-serie. Zo ook de 7820 uit 2003. Gekocht in 2008 met een slordige achtduizend uren op de klok. “De trekker heeft de eerste vijf jaar bij een grondverzetbedrijf gelopen, daar maakte hij rond de zestienhonderd uren per jaar. Daarna hebben wij er vijftien jaar over gedaan om er achtduizend uren bij te zetten,” vertelt Kurt Berckmoes. De John Deere 7820 is in eerste instantie gekocht om met de spitmachine te rijden. Na enkele jaren verhuist hij van spitmachine naar dieplader. De 7820 heeft veel kilometers aan de dieplader gelopen. Hij transporteerde de uien-zaaicombinatie op rups.
In de zomermaanden en in de herfst wordt er een silagewagen achter gehangen. Waar de 7710 en de 7810 een silagewagen krijgen die aangedreven is, moet de 7820 het doen zonder aandrijving. “De Amerikaan is zwaarder en sterker dan de twee 7010-serie John Deere ‘s, maar lust hierdoor ook meer brandstof,” vertelt de loonwerker. De John Deere 7820 heeft rond de tienduizend uren een nieuwe transmissiepomp en remmen gekregen. Daarnaast zijn er enkele kleine reparaties uitgevoerd, voornamelijk elektronisch.
Tekst en beeld: Jens Kusters