De Europese Commissie doet verregaande klimaatvoorstellen, ook voor de land- en tuinbouw. Het wetgevingspakket is het meest ingrijpende in decennia. Voor LTO Nederland is het van belang dat boeren en tuinders financieel zijn beloond voor de klimaatinspanningen die zij als oplossingen bieden. Het bijzondere karakter van de agrarische sector met haar natuurlijke processen en langjarige investeringscycli mag hierbij niet uit het oog verloren zijn.
LTO-voorzitter Sjaak van der Tak. “Voor de Nederlandse land- en tuinbouwsector is het belangrijk dat klimaatverandering is aangepakt; maar wel op een manier waarbij boeren en tuinders onderdeel van de oplossing zijn. De grote ambities op Europees niveau zijn alleen waar te maken als er draagvlak is. Er is veel mogelijk. Maar laten we alsjeblieft voorkomen dat we ons nu in Brussel met onwerkbare regelgeving opzadelen en vijftien jaar later weer vastlopen. Van groot belang daarbij is dat het verdienvermogen van agrarisch ondernemers op peil blijft, of beter nog: versterkt. Goed beleid met keuzevrijheid, financiële ruimte en tijd zijn nodig voor succes.”
De voorstellen volgen op het eerdere Europese besluit om in 2050 het eerste klimaatneutrale continent ter wereld te zijn. Om daar te komen is het tussendoel voor reductie van broeikasgassen in 2030 verhoogd naar 55 procent ten opzichte van 1990. De Commissie heeft onder andere wijzigingen van bestaande richtlijnen en verordeningen over de handel in emissierechten, landgebruik, duurzame energie en energie-efficiëntie voorgesteld. Daarnaast zijn er vijf nieuwe voorstellen gepubliceerd, waaronder een bossenstrategie en een mechanisme voor koolstofcorrectie aan de EU-grens.
Verschuivingen tussen sectoren
De hogere reductiedoelstelling is ingrijpend, de voorgestelde veranderingen in de ‘uitstootboekhouding’ en reductiemechanismes per sector versterken dat. Door meer sectoren (zoals mobiliteit) onder een emissiehandelssysteem te brengen kan de relatieve opdracht voor de landbouw in de overgebleven categorie nog groter worden. Ook zou de landgebruikssector samen zijn gevoegd met de landbouwsector, die dan samen in 2035 klimaatneutraal moeten zijn. Omdat er in Nederland weinig ruimte is en de landbouw al hoogproductief en efficiënt is kan de Nederlandse landbouw- en landgebruikssector maar een beperkte extra bijdrage leveren.
“Onze boeren en tuinders staan aan de top met een zeer beperkte broeikasgasuitstoot per kilo product. De nieuwe ambities hebben impact op de bedrijfsvoering en het verdienvermogen. Het zou ontzettend dom zijn om productie naar het buitenland te jagen, waar de emissies hoger zijn. CO2 heeft geen paspoort, dus zorg voor een realistisch aandeel van onze land- en tuinbouwsector in de Europese klimaatdoelstellingen. Met een Nederlandse postzegelbenadering schieten we onszelf in de voet,” licht Edwin Michiels, portefeuillehouder Natuur, Klimaat en Energie bij LTO Nederland toe.
Wetgevings- en herzieningsvoorstellen
De publicatie van de voorstellen is een eerste stap in het traject om tot vaststelling van de wetgevings- en herzieningsvoorstellen te komen. De komende tijd zal duidelijk worden wat de toedeling naar lidstaten wordt en hoe Nederland dit wil verdelen over sectoren. Zowel het Europees Parlement als de vakministers uit de lidstaten kunnen wijzigingen aanbrengen en moeten uiteindelijk akkoord gaan voordat wordt overgegaan tot implementatie. LTO Nederland bestudeert de voorstellen de komende tijd. Binnen onze mogelijkheden doet men alles voor de leden om kansen te benutten en bedreigingen te adresseren. Leidend daarbij is de inzet om de bijzondere positie van de Nederlandse land- en tuinbouw gewaardeerd te krijgen, zodat boeren en tuinders onderdeel van de oplossing kunnen zijn.
Bron: LTO Nederland