Peter de Regt van akkerbouwbedrijf Den Ouden Heuvel in Dronten pootte afgelopen zaterdag een perceel Regina tafelaardappelen. De inzet van rijenbemesting en variabel poten is de eerste aanzet om de opbrengst te optimaliseren. De afzet loopt via Nedato onder de teeltvoorwaarden ‘Planet Proof’ en ‘Global Gap’, waarvoor het bedrijf gecertificeerd is.
Restricties
Dit levert een extra vergoeding op van gemiddeld twee cent per kilogram schat De Regt. Maar er zijn ook extra kosten vanwege de investeringen in duurzame bedrijfsmiddelen en door de extra bewerkingen met de spuit en schoffelbalk. “Het is zaak om er vroeg bij te zijn met lage doseringen in de ziektebestrijding. Vanwege de restricties in de toegestane gebruikshoeveelheid werkzame stof” zo verklaart De Regt.
Alles in één werkgang
De inzet van rijenbemesting en variabel poten is de eerste aanzet om de opbrengst te optimaliseren. De hele bewerking gaat in één gang. De ruggen zijn ook meteen aangeaard. “Daardoor beginnen we vaak een week later met poten. Vanwege het aanaarden hebben we meer losse grond nodig en moeten we dieper frezen, daarvoor moet het net een weekje langer droog zijn geweest” legt De Regt uit. Ook zijn de aardappelen dieper gepoot. Het risico daardoor op ‘onderzeeërs’ noemt hij ‘theoretisch’.
AVR zeshaaks frees
De AVR-ruggenfrees na testvergelijk aangeschaft. De Regt: “Doordat bij deze frees de freeshaken loodrecht op de rotoras staan gemonteerd is er plaats voor meer freestanden. Hierdoor is de freeswerking intensiever, maar loopt de machine lichter. Dit werkt brandstof besparend. De haken staan zo gemonteerd dat op ieder moment altijd evenveel haken de grond bewerken”.
Kiemproeven
Tijdens de teelt werkt De Regt samen met Van Iperen. Van iedere partij pootgoed is van te voren aan de hand van de kiemen bepaald hoeveel stengels dat pootgoed gaat opleveren per vierkante meter. Daaruit volgt een berekening van de hoeveelheid knollen die er dan gaan groeien en daaruit wordt dan vervolgens de optimale pootafstand afgeleid om een zo groot mogelijke uniformiteit in de gewenste maatvoering te bewerkstelligen.
Bodempotentie
Voor de berekening van de gewenste pootafstand is ook de bodemgesteldheid een belangrijke parameter. Daarvoor worden taakkaarten opgesteld met de input van de opbrengstkaarten van de combine én met beschikbare data (satellietbeelden, hoogtekaarten) over grondsamenstelling. Dat levert een taakkaart op die automatisch de gewenste plantdichtheid regelt (hogere opbrengstpotentie betekent meer poters planten). Het grootste voordeel van deze totaalaanpak ervaart De Regt door “de uniformiteit van de aardappeloogst”.
Pootgoed behandeling en bemesting
Het pootgoed is tegen Rhizoctonia behandeld met Amistar gecombineerd met het Serenade. “De combinatie versterkt de werking tegen zwarte spikkel en zilverschurft en verbeterd de schilkwaliteit” volgens De Regt. Als meststof is er een mix van APP (AmmoniumPolyfosfaat) en Urean in de pootrij gedoseerd. De APP zorgt ervoor dat ammoniumstikstof en polyfosfaat geleidelijk omgezet worden in plantopneembare stikstof (nitraat) en orthofosfaat. Aan polyfosfaten in de grond wordt ook een verhogende werking toegeschreven voor het beschikbaar maken van spoorelementen (magnesium, calcium, zwavel, borium, zink, mangaan) in gronden met een relatief hoge pH-waarde.
Tekst en foto’s: Jan Geert Vedelaar